Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de gewijzigde samenstelling van de raad voor maatschappeljik welzijn waarbij Henk Vleugels Marc T'Syen opvolgt als raadslid.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de gewijzigde samenstelling van het vast bureau met de burgemeester als voorzitter van het vast bureau en de schepenen als leden van het vast bureau, met overeenkomstige rangorde als volgt:
Officiële naam | Mandaat |
Seppe Bouquillon | voorzitter van het vast bureau |
Ellen Deswert | eerste lid van het vast bureau |
Elke Tweepenninckx | tweede lid van het vast bureau |
Sander Verboven | derde lid van het vast bureau |
Kris Gebruers | vierde lid van het vast bureau |
Chris Bakelants | vijfde lid van het vast bureau |
Artikel 1
De notulen van de raad voor maatschappelijk welzijn van de zitting van 1 juli 2020 worden goedgekeurd.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het jaarverslag van de sociale dienst van 2019 goed.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het jaarverslag 2019 van het lokaal dienstencentrum Komie Geire goed.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de kwaliteitsplanning 2020 van het lokaal dienstencentrum Komie Geire goed.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de zelfevaluatie van het jaar 2019 van het lokaal dienstencentrum Komie Geire goed.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het reglement subsidies consumptiebon voor kwetsbare gezinnen goed als volgt.
REGLEMENT SUBSIDIES CONSUMPTIEBON VOOR KWETSBARE GEZINNEN |
Artikel 1 - Doelstelling
Door het toekennen van een consumptiebon:
- verhogen van de koopkracht van huishoudens die omwille van de coronacrisis ernstig inkomensverlies leden en die zich daardoor in een specifieke noodsituatie bevinden.
- versterken van de lokale economie, die evenzeer sterk is getroffen door de coronacrisis, via een krachtige lokale impuls.
Artikel 2 - Doelgroep
De doelgroep zijn sociaal kwetsbare personen.
Artikel 3 - Voorwaarden
§1. De aanvrager voldoet aan één van de volgende voorwaarden:
- geniet leefloon, steunverlening of staat onder begeleiding van de sociale dienst OCMW
- heeft een Olense vrijetijdspas. De doelgroep voor de vrijetijdspas is:
▪ de doelgroep OCMW-cliënten
▪ personen in collectieve schuldenregeling
▪ inwoners van Olen met een verhoogde tegemoetkoming (Omnio- en WIGW-statuut)
▪ personen die genieten van een inkomensvervangende tegemoetkoming, een
integratietegemoetkoming of een zorgbudget voor ouderen
▪ ouderen die recht hebben op een inkomensgarantie voor ouderen
- valt onder de doelgroep van de vrijetijdspas, maar heeft geen vrijetijdspas en kan dit aantonen met een attest
- personen die lid zijn van de Olense Welzijnsschakel
Artikel 4 - Financiële ondersteuning
De consumptiebon wordt toegekend in de vorm van de bestaande Olense cadeaucheque. Personen die voldoen aan de voorwaarden kunnen eenmalig recht hebben op Olense cadeaucheques ter waarde van 30 euro per geopend recht.
Artikel 5 - Indienen van de aanvraag voor het verkrijgen van consumptiebon
Het lokaal bestuur zet in op automatisch rechtenverkennen. Personen die op datum van 1 januari 2021 recht hebben op leefloon, steunverlening, een vrijetijdspas, onder begeleiding staan van de sociale dienst OCMW Olen of lid zijn van de Olense Welzijnsschakel worden proactief aangeschreven en ontvangen allen een aanvraagformulier. De aanvraag dient alsnog te gebeuren aan het loket van het team Sociale Hulp- en Dienstverlening.
Andere rechthebbenden kunnen de consumptiebon aanvragen aan het loket van het team Sociale Hulp- en Dienstverlening van het lokaal bestuur Olen. De aanvraag moet gebeuren in de periode tussen 1 januari 2021 en 31 juli 2021.
Artikel 6 - Geldigheidsduur consumptiebon
De consumptiebon is geldig vanaf 1 januari tot en met 31 augustus 2021. De cheques moeten door de handelaars bij het lokaal bestuur ingewisseld zijn tegen 31 december 2021.
Artikel 7 - Behandeling van de aanvraag
De aanvragen worden behandeld en gecontroleerd door Sociale Hulp- en Dienstverlening.
Artikel 8 - Maatregelen bij het verschaffen van onjuiste gegevens of misbruik
Het verstrekken van onvolledige of onjuiste gegevens kan leiden tot het intrekken van het recht en terugbetaling van het bedrag.
Artikel 2
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2021.
Artikel 3
De inkomsten en uitgaven worden bij de volgende wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 voorzien.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de opvolgingsrapportering over het eerste semester 2020 met een stand van zaken van de uitvoering van het meerjarenplan.
Artikel 1
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de volgende wijzigingen van de personeelsformatie voor het gemeentepersoneel:
- functiewijziging van verantwoordelijke Burgerzaken naar expert Burgerzaken
- daling van het aantal VTE medewerkers op C-niveau uit team Onthaal, Burgerzaken en Administratie tot 6,9 VTE
- generieke functie op C-niveau in team Onthaal, Burgerzaken en Administratie: medewerker Onthaal, Burgerzaken en Administratie
Artikel 2
De volledige personeelsformatie ziet er na deze wijzigingen als volgt uit:
TEAM / FUNCTIE | NIVEAU | VTE | STATUUT |
|
|
|
|
Algemeen directeur | |||
algemeen directeur (MAT) | decretale graad | 1 | VB |
|
|
|
|
Stafmedewerker beleid | |||
stafmedewerker (MAT) | A1a-A3a | 0,5 | CON |
|
|
|
|
Stafmedewerker dienstverlening | |||
stafmedewerker (MAT) | A1a-A3a | 0,5 | CON |
|
|
|
|
Expert informatiebeheer en juridische ondersteuning | A1a-A3a | 1 | VB |
|
|
|
|
Financieel directeur / diensthoofd Financiën | |||
financieel directeur/ diensthoofd (MAT) | decretale graad | 1 | VB |
|
|
|
|
Team Financiën | |||
stafmedewerker (MAT) | A1a-A3a | 0,5 | CON |
medewerker | B1-B3 | 1,5 | VB |
medewerker | B1-B3 | 1,5 | CON |
medewerker | C1-C3 | 1 | VB |
medewerker | C1-C3 | 1,8 | CON |
| (uitdovend, wordt 1 VTE) |
| |
|
|
|
|
Team Onthaal, Burgerzaken en Administratie | |||
diensthoofd | A1a-A3a | 1 | CON |
expert Burgerzaken | B1-B3 | 1 | VB |
medewerker Administratie | B1-B3 | 0,5 | CON |
medewerker | C1-C3 | 6,9 | CON |
|
|
|
|
Team Sociale Hulp- en Dienstverlening | |||
diensthoofd/beleidsmedewerker | A1a-A3a | 1 | CON |
medewerker | C1-C3 | 2,1 | CON |
Maatschappelijke dienstverlening | |||
maatschappelijk werker | A1a-A3a | 1 | CON |
| (uitdovend, wordt B) | ||
maatschappelijk werker | B1-B3 | 6,1 | CON |
| (waarvan 0,4 detachering naar OCMW Lille) | ||
Zorg | |||
medewerker | B1-B3 | 1,6 | CON |
Poetsdienst | |||
verantwoordelijke | B1-B3 | 0,4 | CON |
medewerker | E1-E3 | 6,7 | CON |
Lokaal dienstencentrum | |||
verantwoordelijke | B1-B3 | 1 | CON |
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | VB |
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
medewerker | C1-C3 | 1 | CON |
medewerker | E1-E3 | 1,3 | CON |
|
|
|
|
Team Omgeving | |||
diensthoofd | A1a-A3a | 1 | |
medewerker | C1-C3 | 3 | CON |
| (uitdovend, wordt 2,5 VTE) | ||
Ruimtelijke ordening | |||
beleidsmedewerker | A1a-A3a | 1 | VB |
expert | B1-B3 | 2 | VB |
expert | B1-B3 | 0,5 | CON |
Leefmilieu | |||
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
Handhaving | |||
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
| (waarvan 0,3 detachering naar Vorselaar) | ||
Verkeer en mobiliteit | |||
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
GIS |
|
|
|
expert | B1-B3 | 0,8 | CON |
Veiligheid en crisisbeheer | |||
expert | B1-B3 | 1 | VB |
| (waarvan 0,2 detachering naar Vorselaar) | ||
Lokale economie | |||
|
|
|
|
Team Vrije Tijd | |||
diensthoofd/beleidsmedewerker | A1a-A3a | 1 | VB |
medewerker | C1-C3 | 2,8 | CON |
Sport | |||
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
medewerker | E1-E3 | 1 | VB |
medewerker | E1-E3 | 3 | CON |
Cultuur/Toerisme/Erfgoed | |||
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1,5 | CON |
Bibliotheek | |||
bibliothecaris | B4-B5 | 1 | VB |
medewerker | B1-B3 | 0,8 | VB |
medewerker | C1-C3 | 2.4 | CON |
medewerker | D1-D3 | 0,81 | VB |
| (uitdovend) |
|
|
medewerker | D1-D3 | 0,75 | CON |
| (uitdovend) |
|
|
medewerker |
| 0,19 | PWA |
| (uitdovend) |
|
|
Jeugd |
|
|
|
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
Medioren/Senioren |
|
|
|
Ontwikkelingssamenwerking |
|
|
|
Burgerparticipatie en vrijwilligerswerking |
|
|
|
beleidsmedewerker | B1-B3 | 1 | CON |
|
|
|
|
Team Ondersteunende Diensten | |||
diensthoofd | A1a-A3a | 0,5 | CON |
HR en Personeelsadministratie | |||
expert | B1-B3 | 2 | CON |
medewerker | C1-C3 | 1 | CON |
ICT | |||
expert | B1-B3 | 2 | CON |
Communicatie | |||
expert | B1-B3 | 1,3 | CON |
|
|
|
|
Team Technische Dienstverlening | |||
diensthoofd/beleidsmedewerker | A1a-A3a | 1 | VB |
medewerker | B1-B3 | 1 | CON |
medewerker | C1-C3 | 1 | CON |
Externe technische dienstverlening Groendienst | |||
verantwoordelijke | D4-D5 | 1 | VB |
medewerker | D1-D3 | 1 | VB |
medewerker | D1-D3 | 2 | CON |
medewerker | E1-E3 | 2 | VB |
medewerker | E1-E3 | 10 | CON |
Bouw | |||
verantwoordelijke | D4-D5 | 1 | VB |
medewerker | D1-D3 | 2 | CON |
medewerker | E1-E3 | 1 | CON |
Facilitaire dienstverlening Gebouwen | |||
verantwoordelijke | D4-D5 | 1 | VB |
medewerker | D1-D3 | 3,8 | CON |
medewerker | E1-E3 | 2 | VB |
| (uitdovend, wordt 1 VTE) | ||
medewerker | E1-E3 | 3 | CON |
Schoonmaak | |||
verantwoordelijke | B1-B3 |
|
|
logistiek medewerker | E1-E3 | 0,89 | CON |
| (uitdovend) | ||
medewerker schoonmaak | E1-E3 | 2,6 | VB |
| (uitdovend VB) | ||
medewerker schoonmaak | E1-E3 | 2,1 | CON |
| |||
Thuiszorg WZK | |||
verzorgende | E1-E3 | 2,5 | VB |
verzorgende | E1-E3 | 3,2 | CON |
| (detachering naar Welzijnszorg Kempen) (uitdovende functies) | ||
| |||
vzw SVK ISOM | |||
beleidsmedewerker | B1-B3 | 0,5 | CON |
| (detachering naar ISOM) | ||
| |||
CAW De Kempen | |||
medewerker | B1-B3 | 0,5 | CON |
| (detachering naar CAW) |
Artikel 1
In de rechtspositieregeling wordt artikel 24 als volgt gewijzigd:
Artikel 24
§1. De aanstellende overheid beslist bij de vacantverklaring of er een wervingsreserve wordt aangelegd en hoe lang die geldig is. Daarnaast kunnen de aanstellende overheden bij gemotiveerd besluit een gemeenschappelijke wervingsreserve aanleggen als de gemeente en het OCMW een gezamenlijke selectieprocedure organiseren. De geldigheidsduur van de (gemeenschappelijke) wervingsreserve, met inbegrip van eventuele verlenging, bedraagt ten hoogste 24 maanden.
De duur van de (gemeenschappelijke) wervingsreserve vangt aan vanaf de eerste dag van de maand volgend op de datum van het eindrapport van de selectie.
Overeenkomstig artikel 18 worden de kandidaten in de (gemeenschappelijke) wervingsreserve gerangschikt in volgorde van de behaalde punten of scores. Telkens wordt de eerst gerangschikte kandidaat van de wervingsreserve het eerst geraadpleegd om een vacature te vervullen.
Kandidaten in de (gemeenschappelijke) wervingsreserve die een tweede aanbod voor een vacante functie weigeren, worden uit de wervingsreserve geschrapt.
§2. Alle geslaagde of geschikt bevonden kandidaten die niet onmiddellijk worden aangesteld, worden in de (gemeenschappelijke) wervingsreserve opgenomen in volgorde van hun resultaat.
Artikel 2
In de rechtspositieregeling wordt artikel 4 als volgt gewijzigd en worden onder titel II het hoofdstuk XIV, afdeling I en artikels 139-1 tot en met 139-13 toegevoegd:
Artikel 4
§1. Met behoud van de toepassing van de specifieke regels per procedure, wordt een vacante betrekking, ongeacht haar rangindeling, vervuld op een van de volgende manieren:
1) door een aanwervingsprocedure
2) door een bevorderingsprocedure
3) door een procedure van interne personeelsmobiliteit
4) door een procedure van externe personeelsmobiliteit
5) door een combinatie van de hogervermelde procedures
Indien een vacante betrekking open wordt verklaard bij aanwerving, wordt deze tegelijkertijd bij bevordering open verklaard.
Bij de aanwervingsprocedure worden tegelijk personen extern aan het gemeente- en OCMW-bestuur en personeelsleden van het gemeente- en OCMW-bestuur uitgenodigd om zich kandidaat te stellen voor de betrekking.
Bij de bevorderingsprocedure en bij de procedure van interne personeelsmobiliteit worden alleen medewerkers van het gemeente- en OCMW-bestuur in dienst van het bestuur met de vacante betrekking uitgenodigd om zich voor de vacante betrekking kandidaat te stellen, tenzij de aanstellende overheid beslist een beroep te doen op een procedure voor externe personeelsmobiliteit. In dat geval worden medewerkers van zowel het gemeentebestuur als het OCMW-bestuur uitgenodigd om zich kandidaat te stellen.
De aanstellende overheid bepaalt bij de vacantverklaring van de betrekking volgens welke procedure ze vervuld wordt. De aanstellende overheid beslist bij de vacantverklaring van een betrekking bij wijze van interne personeelsmobiliteit of bij wijze van bevordering, of ze een beroep doet op externe personeelsmobiliteit.
§2. De aanstellende overheid verklaart de betrekking open.
Hoofdstuk XIV. De vervulling van een vacature door externe personeelsmobiliteit
Afdeling I. Algemene bepalingen
Artikel 139-1
Deze afdeling is van toepassing op medewerkers van gemeente Olen en OCMW Olen.
Artikel 139-2
De externe personeelsmobiliteit wordt verwezenlijkt op één van de volgende manieren:
1) door deelname aan de procedure voor interne personeelsmobiliteit
2) door deelname aan de bevorderingsprocedure
3) door een combinatie van de hogervermelde procedures
Artikel 139-3
De externe personeelsmobiliteit is enkel van toepassing op de volgende functies:
1) de statutaire functies, uitgezonderd de functies van algemeen directeur en financieel directeur
2) de contractuele functies op de personeelsformatie
Artikel 139-4
De volgende personeelsleden kunnen zich kandidaat stellen voor deelname aan de procedure van interne personeelsmobiliteit of voor deelname aan de bevorderingsprocedure voor een vacature:
1) de vast aangestelde statutaire medewerkers, ongeacht hun administratieve toestand
2) de contractuele medewerkers die beantwoorden aan de criteria om bij de eigen overheid in aanmerking te komen voor deelname aan de procedure van interne personeelsmobiliteit, respectievelijk aan de bevorderingsprocedure
Afdeling II. De voorwaarden en de procedures voor de externe personeelsmobiliteit
Artikel 139-5
De aanstellende overheid beslist bij de vacantverklaring van een betrekking of ze een beroep doet op de externe personeelsmobiliteit. Ze deelt dan haar beslissing mee aan de andere overheid en vraagt om de vacature intern bekend te maken.
Artikel 139-6
De regels over het vacaturebericht, over de wijze van kandidaatstelling en over de termijn van kandidaatstelling die van toepassing zijn bij de procedure van interne personeelsmobiliteit en bij de bevorderingsprocedure, zijn ook van toepassing als de aanstellende overheid een beroep doet op kandidaten van de andere overheid.
De bekendmaking van de vacature door de andere overheid gebeurt via de interne bekendmakingskanalen die in de plaatselijke rechtspositieregeling van die andere overheid gebruikt worden bij de toepassing van de procedure van interne personeelsmobiliteit, respectievelijk de bevorderingsprocedure.
Artikel 139-7
De medewerker van de andere overheid die zich kandidaat stelt voor deelname aan de procedure van interne personeelsmobiliteit moet voldoen aan de algemene toelatingsvoorwaarden en aan de voorwaarden voor de interne personeelsmobiliteit. De medewerker van de andere overheid die zich kandidaat stelt voor deelname aan de bevorderingsprocedure moet voldoen aan de algemene toelatingsvoorwaarden en aan de bevorderingsvoorwaarden voor de vacante betrekking.
Artikel 139-8
Kandidaten van de andere overheid moeten op dezelfde wijze als kandidaten van de eigen
overheid:
1) aantonen dat ze voldoen aan de competentievereisten voor de vacante betrekking bij deelname aan de procedure van interne personeelsmobiliteit
2) slagen voor de selectieprocedure bij deelname aan de bevorderingsprocedure
Afdeling III. De aanstelling van de medewerker die overkomt van een andere overheid
Artikel 139-9
De geselecteerde kandidaat die overkomt van de andere overheid, wordt aangesteld in de betrekking waarvoor hij zich kandidaat gesteld heeft.
De kandidaat voor een statutaire betrekking wordt in statutair dienstverband aangesteld. De statutaire medewerker wordt bij de procedure van interne personeelsmobiliteit onderworpen aan een proeftijd van minimum twee weken en maximum drie maanden. De statutaire medewerker wordt bij de bevorderingsprocedure onderworpen aan een proeftijd waarvan de duurtijd dezelfde is als de duurtijd bij aanwerving in de functie.
De kandidaat voor een contractuele betrekking wordt in contractueel dienstverband aangesteld.
Artikel 139-10
De aanstellende overheid bezorgt een kopie van de aanstellingsbeslissing aan de overheid van herkomst van de kandidaat.
De aanstellende overheid bepaalt de datum of de termijn van indiensttreding van de geselecteerde medewerker.
De medewerker die overkomt van een andere overheid legt bij zijn indiensttreding opnieuw de eed af.
Afdeling IV. Administratieve anciënniteiten en andere arbeidsvoorwaarden
Artikel 139-11
§1. De medewerker die overkomt van de andere overheid als gevolg van deelname aan de procedure van interne personeelsmobiliteit, behoudt na zijn aanstelling in de nieuwe betrekking de salarisschaal en de schaalanciënniteit die het verworven had in de functionele loopbaan van zijn vorige betrekking, als met de nieuwe betrekking dezelfde functionele loopbaan verbonden is.
Als de medewerker aangesteld wordt in een betrekking van dezelfde rang waarmee een andere functionele loopbaan met andere salarisschalen verbonden is, dan behoudt het zijn schaalanciënniteit en wordt het met die schaalanciënniteit ingeschaald in de daarmee overeenstemmende salarisschaal van de nieuwe functionele loopbaan.
§2. De medewerker die overkomt van de andere overheid als gevolg van deelname aan de bevorderingsprocedure, krijgt na zijn aanstelling in de nieuwe betrekking de eerste salarisschaal van de functionele loopbaan die verbonden is met de nieuwe betrekking. De schaalanciënniteit begint opnieuw vanaf nul te lopen.
De regeling van de gegarandeerde salarisverhoging bij bevordering naar een graad van een hoger niveau, zoals bepaald in artikel 177, is ook van toepassing op de medewerker die als gevolg van een bevordering naar een graad van een hoger niveau overkomt van de andere overheid.
Artikel 139-12
De niveau-anciënniteit en de dienstanciënniteit die de medewerker verworven had bij de andere overheid, worden volledig in aanmerking genomen voor de vaststelling van de niveau-anciënniteit en de dienstanciënniteit.
De regels voor de vaststelling van de graadanciënniteit na aanstelling in een andere graad bij de toepassing van de procedure van interne personeelsmobiliteit zijn ook van toepassing op de medewerker die overkomt van de andere overheid en die aangesteld wordt in een andere graad.
Na bevordering neemt de graadanciënniteit in de nieuwe graad een aanvang.
Artikel 139-13
De medewerker die overkomt van de andere overheid, is onderworpen aan de regels over de jaarlijkse vakantie, de feestdagen en de andere verloven en afwezigheden die gelden bij de overheid waar het aangesteld wordt. Er zijn geen overgangsbepalingen van toepassing.
De regels over het ziektekrediet bij de overheid waarbij het vast aangestelde statutaire personeelslid wordt aangesteld, zijn van toepassing, met dien verstande dat de jaren dienstactiviteit en de al opgenomen ziektedagen bij de andere overheid, meegerekend worden voor de vaststelling van het aantal dagen ziektekrediet.
Artikel 3
In de rechtspositieregeling wordt artikel 235 als volgt gewijzigd:
Artikel 235
Het personeelslid heeft recht op maaltijdcheques. De waarde van één maaltijdcheque bedraagt 8 euro per gewerkte dag. De werkgeversbijdrage bedraagt 6,91 euro.
Bij onvolledige prestaties of prestaties die niet geleverd zijn gedurende het werkjaar wordt het aantal cheques pro rata verminderd.
Deze wijziging gaat in vanaf 1 juli 2020.
Artikel 4
In de rechtspositieregeling worden onder titel VIII het hoofdstuk XII-a en artikel 295-1 als volgt toegevoegd:
Hoofdstuk XII-a. Pleegouderverlof
Artikel 295-1
De medewerker heeft eenmalig recht op pleegouderverlof overeenkomstig artikel 30sexies van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
De medewerker moet ten minste één maand op voorhand de algemeen directeur op de hoogte brengen per brief of via e-mail. Deze termijn kan in overeenstemming tussen de werkgever en de medewerker wel worden ingekort, in uitzonderlijke gevallen. In de kennisgeving moet de begin- en einddatum van dit verlof voor langdurige pleegzorg vermeld worden.
De contractuele medewerker heeft gedurende de eerste drie dagen recht op een doorbetaling van het salaris. Vanaf de vierde dag ontvangt de contractuele medewerker een uitkering van de mutualiteit. Het opvangverlof wordt met een periode van dienstactiviteit gelijkgesteld.
Tijdens het opvangverlof behoudt de vast aangestelde statutaire medewerker het recht op zijn gebruikelijke salaris.
Artikel 5.
De verhoging van het krediet wordt bij de volgende wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 voorzien.
Artikel 1
Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 8 maart 2018 houdende goedkeuring arbeidsreglement wordt opgeheven met ingang van 3 september 2020.
Artikel 2
Het nieuwe arbeidsreglement wordt goedgekeurd zoals in bijlage bij dit besluit. Dit reglement gaat in vanaf 3 september 2020.
Artikel 1
Begin 2021 worden aan de medewerkers van OCMW Olen eenmalig ecocheques toegekend voor het bedrag van 150 euro per VTE, gebaseerd op de verrichte prestaties in 2020.
Artikel 2
De verhoging van het krediet wordt bij de volgende wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 voorzien.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.