In de categorieën hieronder vind je alle reglementen en verordeningen die door de verschillende politieke organen van lokaal bestuur Olen beslist werden sinds 1 januari 2019 en die nog steeds gelden.

 

Aanwezigheden

 

Aanwezig

Riet Smits, voorzitter

Kris Gebruers, voorzitter vast bureau

Koen Laenen, Sander Verboven, Marc Verhulst, Mario Verhaert, Laurence Luyten, leden vast bureau

Marc T'Syen, Jan Verbist, Gert Dierckx, Dag Pas, Bart Soontjens, Bart Van Opstal, Dries Van Lommel, Stien Daneels, Maarten Verstappen, Jef Aerts, Bert Raaymakers, Vivian Voorspoels, Nancy Vermeylen, Theo Goossens, Johan Steurs, Elly Lambrechts, raadsleden

Jeroen Peeters, algemeen directeur

 

Motivering

 

Context en argumentatie

De vertegenwoordiging van het lokaal bestuur en de vakorganisaties bereikten een akkoord over de wijziging van de rechtspositieregeling. Dit akkoord resulteerde in protocol nr. 2025-20251021.

 

Volgende wijzigingen aan de rechtspositieregeling worden voorgesteld:

 

1. Modaliteiten verloven en afwezigheden

 Er wordt voorgesteld om de bepalingen van artikel 47 van het besluit van de Vlaamse Regering   tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel                             van lokale en provinciale besturen van 20 januari 2023 op te nemen in de lokale                                                         rechtspositieregeling om de administratieve toestanden van personeelsleden op een                                           eenduidige manier vast te leggen.


Door deze bepalingen expliciet te verankeren, wordt duidelijk wanneer een personeelslid geacht wordt in dienstactiviteit of in non-activiteit te zijn, en onder welke voorwaarden de toestand van disponibiliteit kan gelden voor statutaire personeelsleden.

 

2. Overschakeling naar het publiek vakantiestelsel

Binnen de lokale besturen van Grobbendonk, Herenthout, Olen en Vorselaar zijn er momenteel twee verschillende vakantiestelsels in gebruik: het privévakantiestelsel voor de wettelijke vakantie van contractuele medewerkers en het publiekrechtelijk stelsel voor statutaire personeelsleden en de bijkomende vakantiedagen van contractuele medewerkers.  

 

Dit zorgt voor een aantal structurele uitdagingen: 

        Ongelijkheid in verlofopbouw en -regeling tussen medewerkers met vergelijkbare functies maar verschillende statuten. 

        Complexiteit in administratie en HR-systemen door de noodzaak om twee aparte systemen te onderhouden. Het privévakantiestelsel is arbeidsintensiever (decemberafrekening, vakantiegeld uit dienst,…) 

        Verwarring en onduidelijkheid bij medewerkers over hun rechten. 

 

Naast deze knelpunten biedt de situatie ook een duidelijke opportuniteit: 

        Door alle contractuele medewerkers over te schakelen naar het publiekrechtelijk vakantiestelsel voor de wettelijke vakantiedagen ontstaat er uniformiteit, meer rechtsgelijkheid tussen contractuelen en statutairen, een vereenvoudigde personeelsadministratie en een eenvoudiger te begrijpen opbouw van vakantierechten. 

        Er is een financieel voordeel voor het bestuur. Binnen het publiekrechtelijk vakantiestelsel zijn de patronale lasten op het vakantiegeld lager dan in het privéstelsel. Dit betekent dat de overschakeling niet alleen administratief en juridisch gunstig is, maar ook budgettaire ruimte kan creëren voor andere HR-initiatieven (60.000 euro per jaar voor de gemeente, 30.000 euro per jaar voor OCMW). 

        De principes van het publieke vakantiestelsel leunen dichter aan bij de dwingende bepalingen uit de Europese regelgeving over vakantie. 

        Bij vier Netelandbesturen is bereidheid tot volledig overschakelen naar het publiekrechtelijk vakantiestelsel, wat bijdraagt aan de ambitie van een gemeenschappelijke rechtspositieregeling. Samen overstappen maakt kennisdeling mogelijk en maakt het project minder intensief. 

 

De projectgroep RPR Neteland werkte hiervoor een gemeenschappelijke ontwerptekst uit.

 

3. Progressieve werkhervatting voor statutaire medewerkers

In de huidige regeling genieten statutairen bij progressieve werkhervatting een gunstiger statuut dan contractuele medewerkers: behoud van loon én geen afbouw van ziektekrediet tijdens de eerste zes maanden.

 

Met de nieuwe, dwingende bepalingen uit het rechtspositiebesluit wordt aan statutaire medewerkers volgende keuze voorgelegd bij progressieve werkhervatting:

        ofwel volledig behoud van loon met afbouw van het ziektekrediet

        ofwel verminderd loon zonder afbouw van het ziektekrediet


Hierdoor wordt de situatie meer (maar nog niet helemaal) gelijkgetrokken met de regeling die geldt voor contractuele medewerkers (deels loon, deels ziekte-uitkering), wat tot een evenwichtiger en transparanter HR-beleid leidt.

 

4. Overmacht voor statutaire medewerkers

Er wordt voorgesteld om de optie van overmacht in te schrijven in de rechtspositieregeling:

        Contractuele medewerkers vallen in geval van overmacht (bijvoorbeeld sluiting van de werkplaats, externe omstandigheden, pandemie) onder het stelsel van tijdelijke werkloosheid en ontvangen daarbij een RVA-uitkering.

        Statutairen kunnen in de huidige regeling enkel terugvallen op een volledig betaalde dienstvrijstelling. Dit leidt tot een ongelijke behandeling bij gelijke omstandigheden.

        Door ook voor statutairen een optie voor overmacht in te voeren, worden beide statuten in lijn gebracht, wat bijdraagt tot een coherent en rechtvaardig personeelsbeleid.

 

Om deze wijzigingen te kunnen laten ingaan, moet de geldende rechtspositieregeling worden aangepast. De aanpassing van de rechtspositieregeling wordt ook aan de gemeenteraad in zitting van 5 november 2025 ter goedkeuring voorgelegd.

 

Beslissingsbevoegdheid

-          decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd, artikel 186

 

Juridische basis

-          besluit van de Vlaamse Regering van 20 januari 2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen, zoals gewijzigd

-          besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 6 november 2024 houdende goedkeuring rechtspositieregeling

 

Adviezen

-          procotol nr. 2025-20251021

 

Bijlagen

 

- 20251105_Rechtspositieregeling_van_het_gemeente-_en_OCMW-personeel

- 20251105_Werkdocument_rechtspositieregeling_van_het_gemeente-_en_OCMW-personeel

 

Besluit

 

Artikel 1

De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de gewijzigde rechtspositieregeling goed, zoals opgenomen in bijlage.

 

Artikel 2

De geactualiseerde rechtspositieregeling treedt onmiddellijk in werking.

 

Disclaimer

Register der bekendmakingen

Deze webpagina vormt het openbare register van gemeentelijke reglementen en verordeningen, in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse regering van 28 april 2023 betreffende de bekendmakingen en raadpleegbaarheid van besluiten en documenten van het lokale bestuur met betrekking tot de manier waarop ze moeten worden bijgehouden.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, zal er een expliciete "bundel" van het document worden opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker.

Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan in een aparte publicatie omgeving die beveiligd en toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.